Alles over snoeien
Er zijn verschillende redenen om te snoeien. Dit verschilt per plantensoort. Je snoeit om de boom, heester of plant in vorm te houden of om wildgroei te voorkomen. Er zijn planten die snoei nodig hebben om beter te groeien en bloeien. Denk bij dit laatste aan bijvoorbeeld fruitbomen, de opbrengst wordt beter als ze gesnoeid worden. Er zijn wat basisregels met betrekking tot snoeien:
- snoei altijd met goed en scherp gereedschap
- snoei nooit bij vorst
- kijk goed naar de vorm van de boom, zorg dat de structuur en verhouding in balans blijft.
- haal dode en schurende of over elkaar groeiende takken weg
- snoei voorbij de jonge scheuten, hierdoor zal de scheut verder groeien en houd je een open structuur
Snoeien, hoe doe je dat?
Basismethode: als je een boom of een struik gaat snoeien, probeer dan na de snoei dezelfde basisvorm over te houden. Uitzonderingen hierop zijn de vorm snoei en de leibomen en dakbomen.
Volg vanuit het einde van de twijg de tak naar beneden op zoek naar zijtakken . Zo houd je de natuurlijke vorm van de struik. Knip maximaal 1/3 van de struik weg, en zorg ervoor dat het evenwicht behouden wordt.
Wanneer snoei je welke planten?
De basisregels over wanneer je welke planten snoeit zijn de volgende:
· Bladverliezende vaste planten en grassen
Na de winter, in maart, wanneer het niet vriest kun je bladverliezende vaste planten en grassen snoeien. Je snoeit ze door ongeveer ze ongeveer 5 centimeter boven de grond af te knippen. Groenblijvende grassoorten kun je ook snoeien tot 5 centimeter boven de grond, dit is niet altijd nodig.
Soorten die hieronder vallen zijn bijvoorbeeld: Miscanthus, Pennisetum, Luzula, Ophiopogon, Sesleria, Festuca, Verbena, Sedum, Hosta, Nepeta, Rodgersia, Darmera, Kniphofia, Hemerocallis, Echinacea, Tiarella, Persicaria en Brunnera.
· Bladhoudende vaste planten
Bladhoudende vaste planten hoef je niet te snoeien na de winter. Je kunt volstaan met het verwijderen van slechte delen van de plant. Je kunt ze wel snoeien. Ze zullen net als de bladverliezende soorten gewoon weer uitlopen.
Voorbeelden van planten waar je alleen de slechte delen of uitgebloeide stengels uitknipt zijn: Bergenia, Polystichum, Heuchera, Helenium, Liriope, Yucca, Thymus, Geranium, Leycesteria, Phlomis, Kirengeshoma, Vinca, Asarum, Epimedium en Waldsteinia
· Hagen en vormplanten
Heesters die in een haag geplant zijn of in vorm gesnoeid kun je 2 tot 3 keer per jaar snoeien. Hoe vaker je deze snoeit, hoe dichter deze van structuur wordt. Er zijn veel verschillende soorten struiken die gebruikt worden voor hagen. Je kunt ze allemaal ongeveer op dezelfde manier snoeien. Hoe vaker je een klein beetje snoeit, hoe dichter en strakker de haag zal worden. Je snoeit ze tussen half maart en half oktober, in het groeiseizoen. Een haag kan je het makkelijkste snoeien met een heggenschaar. Zorg er bij een conifeerhaag voor dat je niet te diep knipt, om te voorkomen dat je bruine plekken in je haag krijgt.
· Vroegbloeiende Struiken
Magnolia, Sering of forsythia bijvoorbeeld snoei je meteen na de bloei. Ze maken dan opnieuw twijgen en knoppen en bloeien het jaar erop weer.
· Laatbloeiende struiken
Daar is het andersom, die bloeien laat, en snoei je pas in het voorjaar. Die snoei je terug in maart, vervolgens begint de struik weer te groeien. In het voorjaar maakt de plant twijgen en knoppen aan, zodat hij later in juli, augustus en de maanden erna weer kan bloeien. Voorbeelden zijn de vlinderstruik en de hibiscus. Bij de hibiscus halveer je de hoogste takken, wanneer je vindt dat deze te groot wordt. De vlinderstruik ook bekend onder de naam buddleja, kun je wanneer je hem lelijk vindt in het najaar tot op 40 centimeter snoeien, in het voorjaar snoei je hem dan nogmaals tot een hoogte van 25 centimeter. Zo is hij gedurende de winter iets beter beschermt tegen de vorst.
· Bomen
Bomen hoef je in principe niet te snoeien, pas als ze te groot worden naar je zin of als er dode, kruisende of schurende takken in de boom zitten is het beter om deze weg te snoeien.
· Leibomen
Dit is een aparte categorie onder de bomen. Leilindes, leiplatanen of dakplatanen kun je het beste in de winter snoeien. Het blad is er dan af, waardoor je goed kunt zien wat de hoofdtakken zijn. Incidentele of te lange takken kun je ook in de zomer nog wegknippen. Dit is geen probleem voor de boom. Een voorbeeld is de bolcatalpa, deze boom knot je ieder jaar of om het jaar. Een dakmorus bijvoorbeeld die snoei je in het late najaar, alle hoofd- en steltakken laat je zitten en de overige takken knip je in zijn geheel weg. Als de steltakken in de eerste jaren nog niet lang genoeg zijn, dan bindt je ze aan.
· Fruitbomen
Fruitbomen snoei je tijdens de wintermaanden of in het vroege voorjaar. Dit doe je om de vruchtgroei te bevorderen. Je snoeit om te zorgen dat er een open kroon wordt gevormd, zodat het fruit voldoende zonlicht krijgt. Daarnaast moeten de takken op ongeveer 45 graden van de stam staan, zodat het fruit vrij kan hangen naast elkaar en overal evenveel zonlicht krijgt. Na het snoeien, krijg je dunne recht opgaande scheuten, de zogenaamde waterloten, die snoei je weg. Twijgen die groeien uit de stam en beginnen met een verdikking, die knip je af na de verdikking. Daarnaast knip je dode takken, elkaar schurende en kruisende takken weg.
Voor de pruim geldt dat je zo weinig mogelijk snoeit. Wil je toch wat weghalen, doe dat dan na de oogst op een warme zomerdag. Bij een blauwe bes knip je de dode takken weg en halveer je de langste takken in het voorjaar wanneer ze te groot zijn. In het geval van een Framboos snoei je de kleine zwakkere uitloper s in het voorjaar tot de grond weg. In het najaar de oudere takken waar de vruchten aan hebben gezeten. Direct na de oogst van kruisbessen knip je de zwakke en kleine takken alsmede de kruisende takken weg.
Specifieke soorten en hun snoeitips
Planten waarbij je alleen de grootste takken in het voorjaar verwijderd zijn: Fatsia, Oleander, Olijf, Larix, Brem, Sambucusm, Mahonia, Paeonia, Acer, Azalea, Choisya, Fargesia, Phyllastachys, meerstammige gleditsia, Erysium en Euphorbia.
Deutzia/ Hortensia: knip hiervan in het najaar de dikste takken weg tot maximaal 1/3 van alle takken. De Hortensia Limelight kun je in het voorjaar tot 15 centimeter boven de grond terugknippen.
Rozemarijn/ Lavendel: Hiervan knip je na de bloei de uitgebloeide bloemen weg, op ongeveer 3 centimeter van het loof. In het voorjaar neem je dan ongeveer de helft van de plant weg met je snoeischaar.
Clematis/ Lonicera/ Akebia/ Aristolochia: indien de takken te groot worden halveer je de langste takken in het voorjaar.
Florissant Tuinen heeft verschillende tuinonderhoud services. Wil je het onderhoud en/ of snoeien uitbesteden, dan kunnen we je hiermee helpen. Lees meer over onze Tuinonderhoud mogelijkheden.
Geef uw tuin de aandacht die ze verdient.
Benieuwd wat wij voor u kunnen betekenen? Vul dan snel ons contactformulier in en wij nemen contact met u op.